Alst doenk'r is moe je 't lucht ansteken - als het donker wordt moet je de verlichting aansteken.
Vergèt 't lucht nie toe te doe'n - vergeet het licht niet uit te doen.
't Lucht doaddoen - het licht uitschakelen.
Hierbij nog enkele leuke woorden:
't Lucht - verlichting.
Doenker - duister.
Kloar - klaarlichte dag.
Doaddoen - uitschakelen.
Daglucht - TL lamp.
Enteripteur - lichtschakelaar.
Prieze - stopcontact.
Stoanlampe - staanlamp.
Lampadeire - tafellamp met kapje.
Lampe - lamp.
Balladeuse - looplamp.
Phare - verstraler of breedstraler.
Piellucht - zaklamp.
Luuster - kroonluchter.
Verluchting an't plafong en 't boekenrek. Verlichting aan het plafond en aan het boekenrek. |
En ottoolucht en véloolucht. Een autolicht en fietslicht. |