Ik zal het ditmaal hebben over het woordje 'mule' en de varianten.
Mule, tote of froete - je gezicht.
Maschermule - masker dragen.
Muleplage - pijnlijke ziekte met blaasjes in de mond.
Muleslunse of mulemascher - mondmasker dat men droeg tijdens de coronaperiode.
Vulemulen - vuile of schunnige praat verkopen.
E franke mule - recht voor de raap, iemand die kwetsende woorden gebruikt.
E grote mule èn - een grote mond opzetten.
Zwieg mo, oed je mule - zwijg jij nu maar.
En et è mule van lintjes - hij stopt niet van praten en ratelt altijd maar door.
Muletrekker (1) - zuur snoepje.
Muletrekker (2) - je weet nooit of hij de waarheid vertelt.
9 juni 2024: Muletrekkers zie je dan genoeg! |