maandag 9 maart 2020

Als't mo smakt (als het maar lekker en goed is)



Zoetekoeke: peperkoek.

Zeem: honing.

Frezen: aardbeien.

Gernoare: een garnaal.

Stuten: boterhammen.

Gekapt: gehakt vlees.

E piente: een pintje bier.

Lukke: boterwafeltje. (gekend van Jules Destrooper uit Lo)

Peerdooge: spiegelei.

Negerinnetetten: bij ons vooral gekend als Melo-Cakes of negerzoen.

Citer of siter: gele limonade.

Poteten: algemene benaming voor een warme maaltijd.

Schamele kost: 't is maar triestig van eten.

Sturten: morsen met eten of drinken.

't Is van lek me liptje: het is om de vingers van af te likken, heel lekker.


De vromenschen zien bezig mé e lekkere toarte ant maken. 
(de vrouwen zijn bezig met een lekkere taart aan het maken)